Een oude kerk in Dongen, Brabant. Ga je er recht voor staan, dan ziet dit gebouw er niet heel bijzonder uit. Een gewone kerk, zou je denken. Maar wanneer je naar de zijkant loopt, zie je dat er iets niet helemaal klopt. De kerk heeft geen ramen en geen dak meer. Het is een ruïne – één van de vier kerkruïnes in Nederland. Wat is er gebeurd dat dit gebouw zijn dak verloor en veranderde in een openluchtmonument? Dit is de Oude Kerk in Dongen.
De geschiedenis van de Oude Kerk begint in de 14e eeuw met de bouw van een kleine kapel. Deze kapel stond in wat nu het schip van de kerk is en had waarschijnlijk een rieten dak. Een eeuw later werd de toren gebouwd, los van de kapel, zoals toen gebruikelijk was. Pas later werd de toren verbonden met de kapel. Aan het eind van de 15e eeuw werden het koor en de zijbeuken toegevoegd, en in 1600 volgde het middenschip. De bouw vond dus gefaseerd plaats over meerdere eeuwen.
Een bijzonder detail uit deze periode is hoe de klokken werden gegoten. Dit gebeurde ter plekke, in een gegraven klokput in de kerk. Na het gieten werd de klok omhoog gehesen naar de toren, waar deze nog steeds hangt en functioneert.
Van katholiek naar protestants
Tot 1648 was de kerk een katholiek gebedshuis. Na de Tachtigjarige Oorlog werden echter alle katholieke kerken in Nederland protestants. Een opvallend detail: de preekstoel die net door de katholieken was besteld, werd geleverd toen de kerk protestants was geworden. De protestanten zaten dus met een katholieke preekstoel. En geluk bij een ongeluk: hoewel de stoel katholiek was van oorsprong, was hij opvallend sober. De preekstoel staat nog steeds in de kerk én wordt gebruikt tijdens de zondagse kerkdiensten.
In 1672 keerde de kerk tijdelijk terug naar de katholieken toen de Fransen Dongen bezetten. Maar met de uitbraak van de pest verloor de kerk haar katholieke status opnieuw.
Napoleon en de toren
Tijdens het bewind van Napoleon kreeg de toren een militaire functie. Napoleon liet een semafoor installeren om snel berichten te kunnen seinen tussen Parijs en Amsterdam. Dit unieke communicatiesysteem maakte gebruik van een ellipsvormige constructie bovenop de toren, met beweegbare armen om codes te versturen. Pas in de vroege 20e eeuw werd deze constructie vervangen door een puntdak.
Napoleons invloed zorgde ook voor een opvallende eigendomssplitsing. De toren werd eigendom van de overheid, terwijl de rest van de kerk onder beheer van het bisdom bleef. Dit is een verdeling die in veel Nederlandse gemeentes terug te zien is.
Multifunctioneel gebruik
Gedurende de eeuwen is de kerk voor allerlei doeleinden gebruikt. Zo fungeerde de toren als politiebureau, compleet met cellen op de begane grond. Op de eerste verdieping bevond zich het kantoor van de agent. Later werd zelfs een brandspuit in de kerk geplaatst, met een speciaal gat in de muur om deze te kunnen manoeuvreren.
In 1928 sloeg het noodlot toe. Een zware voorjaarsstorm blies het dak van het koor en het middenschip. Dit, gecombineerd met jarenlang achterstallig onderhoud, veranderde de kerk in een ruïne. Hoewel het koor in 1932 werd hersteld, bleef de rest van de kerk een openluchtmonument.
Een nieuwe toekomst
In 1972 werd de kerk voor één gulden verkocht aan de Stichting De Oude Kerk. Deze stichting beheert het gebouw sindsdien en zorgt voor het behoud ervan. Tegenwoordig wordt de ruïne gebruikt voor bruiloften, evenementen en fotosessies. De opbrengsten hiervan worden direct geïnvesteerd in het onderhoud van het gebouw.
De Oude Kerk in Dongen is nu dus veel meer dan een gewone kerk. Van katholieke kapel tot protestantse kerk, van politiebureau tot uiteindelijk een openluchtmonument. Dankzij de inspanningen van de Stichting De Oude Kerk blijft dit unieke gebouw behouden voor nieuwe generaties.